Christus’ afscheidsgroet aan Zijn Kerk. Het schijnt alsof Hij nu afscheid van hen neemt en naar de hemel terugkeert. Maar Hij neemt op een heel vriendelijke manier afscheid van hen en verzekert hen dat het niet al te lang zal duren voordat Hij weer naar hen terugkomt. “Ja, Ik kom haastiglijk”. Net zoals Hij bij Zijn hemelvaart, na Zijn opstanding, van hen scheidde met een belofte van Zijn genadige tegenwoordigheid, zo neemt Hij nu afscheid met de belofte dat Hij spoedig zal terugkomen. Als iemand zegt “Waar is de belofte van Zijn komst, want er zijn zoveel eeuwen voorbijgegaan sinds dit werd opgeschreven?”, moet hij wel bedenken dat Hij niet traag is voor Zijn volk, maar lankmoedig voor Zijn vijanden. Zijn wederkomst zal eerder plaatsvinden dan zij verwachten en wel zouden wensen. En voor Zijn kinderen komt Hij op de juiste tijd. Het gezicht is voor een bepaalde tijd en zal niet op zich laten wachten. Hij zal haastiglijk komen. Laat dit woord ons altijd in de oren klinken en laten we ons beijveren opdat het vrede voor ons zal zijn als Hij komt. De Kerk heeft een hartelijk antwoord op de belofte van Christus: Amen. Ja kom, Heere Jezus!. Zo slaat de pols van de Kerk, zo ademt de genadige Geest, Die het mystieke lichaam van Jezus tot handelen aanzet en het inspireert. En we mogen nooit tevreden zijn voordat we de adem van die Geest in ons gevoelen, Die ons doet uitzien naar de gezegende hoop en de heerlijke verschijning van ons grote God en Zaligmaker, Jezus Christus.